Duizend stukjes overal
Sinds haar broer Joes een jaar geleden overleed, is niets meer hetzelfde voor de twaalfjarige Mijs. Op school lijkt iedereen haar uit de weg te gaan en zelf voelt ze vooral boosheid en onmacht. De therapeut die haar ouders voor haar vinden, stelt een rouwrobot voor om haar verdriet te verwerken. In die robot werden vragenlijsten met herinneringen, foto’s, filmpjes en informatie uit de sociale media verwerkt tot een AI-versie van Joes. Hoewel Mijs aanvankelijk niets wil weten van deze Computer-Joes, begint ze er toch mee te praten. Joes’ blik en stem lijken hem in de oppervlakkige conversaties weer bij haar te brengen maar ze beseft dat de databank waarin feitjes, woorden en beelden verwerkt zitten de echte Joes niet meer tot leven kunnen wekken. De contacten met Bowie, Joes’ beste vriend, zorgen voor een nieuw perspectief. Hij neemt Mijs mee naar plekken waar hij eerder met Joes kwam en maakt haar deelgenoot van een geheim dat hij en Joes hadden. Een geheim dat door de technologie niet ontsluierd werd maar wel voor heling zorgt in Mijs’ verwerkingsproces.
Overman schetst het rouwproces van Mijs op een eerlijke wijze. Haar woede, onmacht en verdriet voelen oprecht, zonder dat het verhaal verzandt in sentiment. Zowel de innerlijke dialogen die Mijs met zichzelf –en meteen ook met de lezer– voert, als de gesprekken die ze heeft met anderen zijn invoelbaar en schetsen mooi hoe ze zich langzaam weer openstelt voor de aandacht van mensen om haar heen. Bovendien weeft Overman vakkundig spanning door het verhaal, waardoor je als lezer nieuwsgierig blijft naar wat er werkelijk gebeurde tijdens de dansvoorstelling – en wat Bowie’s geheim inhoudt. Gaandeweg krijg je als lezer een zicht op 'de duizend stukjes overal' waarnaar de titel van het boek verwijst.
Dit is een krachtig, actueel en empathisch verhaal dat grote thema’s als verlies en technologische nabootsing op een toegankelijke manier behandelt. Een aanrader voor wie houdt van boeken die je raken en aan het denken zetten.