Overleven in de tros
Parijs 1792. Lodewijk XVI wordt terechtgesteld op de Place de la Révolution. Enkele jaren later is Bonaparte de sterke man in Frankrijk. Hortense, een arme Parijse vrouw, loopt mee in de legertros als marketentster. Met de soldaten trekt ze naar Noord-Italië en Spanje waar ze de gruwelen van de oorlog meemaakt. Intussen wordt haar dochter Michèle geboren. In 1812 rukt een groot leger op tegen Rusland: een half miljoen Fransen, Belgen, Hollanders, Duitsers, Polen en Oostenrijkers. De Russen steken hun steden in brand en vernietigen alle voorraden. Napoleon maakt rechtsomkeer. De terugtocht wordt een catastrofe: van de Grande Armée blijven slechts enkele duizenden soldaten over. Michèle blijft in Pruisen. Dit verhaal vertelt de veldslagen van Napoleon vanuit het standpunt van arme vrouwen die de tros volgden om te overleven. Storend blijven de taalfouten, zoals in de eerste druk (2001): bijvoorbeeld ‘gekwetst’ (gewond), ‘ze verdrumden elkaar’ (verdrongen), ‘langsheen een gevel’ (langs).