Cyberbabe

De zestienjarige Sam stort zich vol overgave op zijn nieuwste schoolproject: het ontwikkelen van een virtuele leerling. Het loopt echter uit de hand als hij besluit om het volmaakte meisje te programmeren. Hij krijgt hiervoor hulp van Winzip en een paar andere duistere personages, die hem vanuit zijn computer oproepen om de virtuele wereld binnen te treden. Het loopt helemaal mis. Sam breekt met zijn vrienden, enkel Jessie, zijn vriendinnetje uit de echte wereld, probeert hem in de realiteit te houden, al wil ze het helemaal niet opnemen tegen Serena, Sams persoonlijke Lara Croft. Sams gezondheid gaat eronder lijden. Hij daalt meer en meer af in de wereld van de waanzin, vooral nadat zijn vader opmerkt dat hij zijn moeder – die tien jaar geleden in dramatische omstandigheden overleed – zo virtueel tot leven kan wekken. Sam verliest zich in de zoektocht naar wat er die dag gebeurd is, maar vertrekt van onjuiste veronderstellingen en kinderlijke misverstanden en denkt dat de virtuele cyberwereld in zijn computer hem zal kunnen helpen. Uiteindelijk krijgen we te maken met een gesplitste persoonlijkheid. Een doorgedreven behandeling én enkele verhelderende gesprekken met zijn vader over de dood van zijn moeder, brengen hem terug. Karel Verleyen heeft een flitsende pen en hij weet wat spanningsopbouw is. Hij heeft zich zoals altijd goed gedocumenteerd: de cyberianen die Sam over de streep proberen te trekken, zijn computerprogramma’s die door Verleyen in hun functionaliteit raak getypeerd worden. Maar het boek beklijft niet, zelfs mijn tienerkinderen vonden het thema en de manier waarop het uitgewerkt is niet interessant. Bovendien is de link van het cybermeisje naar Sams moeder – zij het dat zij ook een computerwizard was – mij niet helemaal duidelijk. Het is mij allemaal te ver gezocht. De overgave en de onvoorwaardelijke trouw en vriendschap van Jessie zijn dan weer ontroerend, maar niet erg realistisch.