De twaalfjarige Rasmus woont met zijn vader in een heel klein huisje. Beneden bevindt zich 'de warwinkel' waar van alles te koop is. Rasmus en zijn vader vallen wat uit de toon in het dorpje waar ze wonen. Rasmus merkt ook wel dat er ongewone dingen gebeuren: de postbode brengt vreemde pakjes, hun voortuin staat boordevol rozemarijn, die vader ook onder de bedden legt, ... Wanneer vader vertelt dat ze de volgende dag zullen vertrekken, komen bij Rasmus heel wat vragen naar boven. Vader ontwijkt die vragen maar Rasmus voelt aan dat er iets niet klopt. Wanneer zijn vader 's nachts plots verdwijnt slaat hij zelf op de vlucht. Hij ontdekt op een heuvel een deur waardoor zijn vader in de armen van een vreemd wezen verdwijnt. Rasmus slaagt erin om ook door de deur te geraken en komt op die manier in een ander dorp, Dromershaven, en in een andere tijd terecht. Hij voelt er zich echter beter op zijn gemak dan vroeger alhoewel hij zijn vader enorm mist. Hij ontdekt dat hij in een dorp van dromers terecht gekomen is. De inwoners bezorgen 's nachts dromen aan de mensen in de andere wereld. Ze worden echter constant bedreigd door de kwellers die nachtmerries bezorgen. De leider van de kwellers, Kwelbast, heeft het enorm op Rasmus gemunt, omdat een orakel voorspeld heeft dat een jongen uit twee werelden de kwellers kan laten verdwijnen. Dit is dan ook de aanleiding voor heel wat spannende soms zelfs bloedstollende gebeurtenissen. Mooi en fantasierijk verhaal over goed en kwaad. Het leven in Dromershaven wordt heel liefelijk, gezellig, rustig en mooi beschreven. Dit in contrast met het donkere, gewelddadige leven van de kwellers. Het verhaal leest vlot en de spanning wordt mooi opgebouwd; soms wordt er echter zeer veel beschreven waardoor het verhaal wat langdradig wordt. De vriendschap tussen Rasmus en een jongetje uit Dromershaven wordt heel mooi beschreven; ze groeien echt naar elkaar toe en vullen elkaar steeds meer aan.