De piano-oppas
Nina’s familie is helemaal gek van muziek. Haar ouders en haar broer spelen in een band en ook haar grootouders, ooms en tantes, nichtjes en neefjes maken allemaal muziek. Nina is zelfs genoemd naar een bekende zangeres, maar zelf vindt ze er niets aan. En ze houdt al helemaal niet van popmuziek en ruige rock. Een instrument kiezen is dan ook niet aan de orde, totdat ze een nieuwe oppas krijgt. Het is een mislukte concertpianist die haar leert piano spelen. Heeft Nina dan toch eindelijk haar weg gevonden in de muziek? Het boekje past in de Bolleboos-reeks die zich richt op jonge kinderen die snel vorderen met lezen. Er zijn twaalf hoofdstukken van afwisselende lengte. Acht hedendaagse, paginavullende zwart-witprenten illustreren het boek. De tekst leest vlot en het verhaal is langzaam opgebouwd naar een wat voorspelbare ontknoping op het einde.