Alles begint bij de blauwe locomotief. Als je de eerste bladzijde opent, schuift er een lint mee uit een gleuf en daarop staat een blauwe locomotief. De hele bladzijde is blauw en er staan allemaal blauwe dingen op, zoals een dolfijn, een vogel, een bes en de pet van de machinist. De begeleidende tekst rijmt. Met de tweede bladzijde schuift een tweede lint met de eerste paarse wagon mee uit de gleuf; alles op deze prent is paars. Dan volgt de derde wagon en die is groen en zo ook de bladzijde. De tekst luidt: "Tjoeke tjoek, tjoeke tjoek, de derde wagon is groen. Hij zit bomvol met kinderen, wat zijn ze aan het doen?" Maar het wagonnetje op het lint is zo klein dat het voor peuters heel moeilijk is om te zien wat de kinderen doen. De vierde wagon is geel en dan volgen nog oranje en tenslotte rood. Zes lintjes maken de trein volledig. Als de kleurentrein de tunnel binnenrijdt, wordt alles zwart. Alle kleuren worden nog eens op een rijtje gezet en dan klapt de laatste bladzijde open en springt de hele kleurentrein eruit. Een mooie uitvoering, de tekst leest vlot voor. De linten schuiven gemakkelijk door de gleuf. Ik vraag me wel af of peuters de ton-sur-ton tekeningen goed kunnen onderscheiden.