En hoe komt toch een olifant aan al die kilo's grijs?
Polle gaat met zijn opa naar de dierentuin en hij vraagt honderduit. "Wie schildert al die vlekken op het lijf van een giraf? En waarom zijn die zebrastrepen nooit eens roze met blauw?" Dan zie je een prent met een ingekleurde giraf en zebra's anders gekleurd dan gewoonlijk, een schilder en Polle en zijn opa. Op de achtergrond zijn heel veel andere dingen getekend in potlood alsof ze nog wachten om ingekleurd te worden. De rand bestaat uit gekleurde details waarvan sommige terug te vinden zijn op de grote tekening.
Bij "Wie zet al die ogen in de veren van de pauw?" is de prent weer gedeeltelijk ingekleurd, maar die pauwen staan in een brillenwinkel. Eén pauw doet een oogtest. Verder staan er een hoop brillen op de achtergrond, sommige leverbaar met ogen. In de rand staan verschillende ogen: van een uil, een slak, een kat ... Wat verder staat er een, op het eerste gezicht, vreemde prent met de brandweer, maar Polle maakt de associatie tussen een echte slang en een brandweerslang. Hij vraagt: "Wie rolt al die slangen achter glas zo netjes op?" Zo gaat het door over de neushoorn, de ijsbeer, de olifant, de flamingo's, de krokodil, de kangoeroe en de leeuw. Tenslotte zijn ze bij de uitgang en dan zegt opa eindelijk ook eens wat: "Weet jij waarom je neus niet aan je billen zit?"
Dit boek is niet alleen heel leuk, het prikkelt ook de fantasie. De prenten bevatten zoveel grappige details, je kan ze gebruiken als zoekprenten. Kinderen kunnen creatief aan de slag en een bonte dierenbende tekenen. Het boek kan gebruikt worden als verwerking na een bezoek aan de dierentuin, bij een project over kleuren, dieren enz. Een extra pluim ook voor de illustrator, Alice Hoogstad.