Bastaard in een donker land
'Ik' maakt deel uit van het circus Oktober. Hij weet niet meer hoe hij daar terechtgekomen is, maar het circus is zijn enige herinnering. Bijna iedereen in het circus laat hem links liggen en velen zijn zelfs heel gemeen tegen hem. Gelukkig zijn er nog de mooie Ellanore en meneer Oktober en zijn trompet. Maar heel Iks wereld wordt grondig overhoop gegooid wanneer Meneer Oktober verdwijnt en Dwerg zijn intrede doet in het circus. Dwerg gooit de aanpak van het circus over een heel andere boeg. Dit verontrust Ik maar hij merkt dat de andere leden van het circus dit zomaar aanvaarden. Het eerste deel eindigt met een belangrijke gebeurtenis in het leven van Ik. In het tweede deel krijgen we een beeld van Ik vele jaren later; hij lijkt dan een totaal andere persoon geworden te zijn.
Dit boek straalt zeer veel sfeer uit. Je krijgt ongewoon krachtige beschrijvingen van de sfeer in het circus, de troosteloosheid van de winter, de donkere bossen ... De verschillende, vaak vreemde, personages worden heel gedetailleerd en heel beeldend getypeerd. Je ziet ze als lezer voor je ogen verschijnen. Dit alles zorgt ervoor dat je helemaal meegesleurd wordt in de sfeer van het verhaal. Het is een roman met een duidelijk poëtisch tintje.
Sommige passages zijn wel heel zwaar en triest. Het verhaal in zijn geheel straalt een droefgeestige, wat zwaarmoedige sfeer uit. Af en toe zijn er wel enkele lichtpuntjes maar die zijn eerder minimaal. Het tempo van de gebeurtenissen ligt in het tweede deel veel hoger dan in het eerste en dit maakt het allemaal nog beklemmender.
Na het lezen denk je nog veel terug aan dit boek, vooral door de beklijvende sfeer. Je vraagt je als lezer ook wel af wat de bedoeling is van de auteur wanneer hij in het tweede deel een totaal onherkenbare 'Ik' beschrijft. Of kon 'Ik' zich in het circus nog redelijk handhaven en lukt dit later niet meer? Je blijft als lezer met heel wat vragen achter.