Stije is een grote fan van de N-boeken. Daarin worden gruwelijk spannende verhalen over de farao’s verteld. Samen met Henk en Camilla heeft hij een heuse fanclub opgericht. Hun grootste wens is om de schrijver van de N-reeks te ontmoeten, want niemand heeft die ooit gezien. De mysterieuze uitgeverij van de N-reeks richt een wedstrijd in, waarbij de winnaar de auteur zal ontmoeten en mag figureren in het volgende boek. Stije's ouders, archeologen gespecialiseerd in oud-Egyptische kunst, ontdekken oude boekrollen waaruit een eeuwenoud complot geleidelijk kenbaar wordt. Stije wordt gewaar dat hij door een duistere macht gebruikt wordt om een Egyptische farao uit het dodenrijk naar de wereld te laten terugkomen. De beschermelingen willen samen met de farao over de wereld regeren. Op de valreep lukt het Stije om de macht te doorbreken en terwijl de muren om hem heen instorten, kan hij samen met Henk vluchten.
De opbouw start boeiend met interessante gegevens over de Egyptische farao’s. Er wordt voor veel actie en spanning gezorgd maar er worden zoveel intriges uitgezet dat auteur én lezer het noorden kwijtraken. Het einde is ontgoochelend. Een anticlimax waarin summier een snelle oplossing wordt opgevoerd in de vorm van spectaculaire acties, die een afspiegeling lijken van de Indiana Jones-films. Eerder aangevoerde elementen blijken totaal geen rol meer te spelen bij de ontknoping en soms kloppen bepaalde details ook niet meer.
Tel daarbij nog de tikfouten in de tekst en je kan je niet van de indruk ontdoen dat dit boek te snel geschreven werd en de nodige afwerking mist, ondanks het spannende begin.