Grote foto’s illustreren het reilen en zeilen op een boerderij. Eerst komt de familie aan bod: de boer en boerin, die hard werken en de kinderen helpen ook al een handje. Zo wordt per hoofdstuk het leven en werken op de boerderij uitgelegd., De kleuter leert over de machines, de dieren, het lekkers dat de boerderij produceert. De lezer ziet de link tussen ons voedsel en het werk op de boerderij. Alles wordt getoond met grote heldere foto’s, waarin hier en daar een getekende details zijn toegevoegd.
Het thema wordt in vele facetten toegelicht vanuit een kleinschalige boerderij, wat zeker beter te bevatten is voor jonge kinderen dan de industriële landbouw. Alles wordt nogal droogjes verteld. De auteur heeft geprobeerd een plezierige noot toe te voegen door op elke dubbele pagina een opdracht bij een kleine tekening te geven, zoals: hoeveel aardbeitjes tel je op de taart? Maar ook de opdrachtjes intrigeren onvoldoende.
Dit traditionele thema is dan ook klassiek uitgewerkt.