De wereld van Kat en Mus. Vrienden
Twee vrienden, Kat en Mus, genieten als huisdieren van een goed, eenvoudig leven. Hun baas, die nergens op de voorgrond treedt, geeft hen alle vrijheid om hun wel ongewone kameraadschap te beleven. Een kat en een vogel als dikke vrienden, het is inderdaad ongezien. Als spelbreker is daar plots Poes, een mooie en verleidelijke kattin, verdwaald en op zoek naar onderdak. Zij draait de verliefd wordende Kat moeiteloos rond haar vinger. Dat Poes een verwende, arrogante lastpost is, dringt slechts moeizaam tot hem door. Liefde maakt blind. Mus ziet het met lede ogen aan. Zij voelt zich aan de kant geschoven en vreest voor zichzelf. Het nijvere vogeltje merkt tijdens een van haar vluchten een affiche op, die Poes als vermist opgeeft. Meteen organiseert Mus een repatriëringactie voor Poes, waarna zij en Kat elkaar opgelucht weer treffen. Het hele verhaal, dat zich over veertien hoofdstukjes uitstrekt, wordt slim gedragen door een verbindend tijdselement: de herfst. Heel wat verhaalelementen, taalvondsten, beeldende kansen en logische koppelingen ontstaan uit het karakteristieke van die donkere periode. Zo bijvoorbeeld speelt de mist een cruciale rol in de ontwikkeling van de verhaallijn. Een tweede constante is de nadruk op gedeelde ervaringen en gevoelens. Een gamma aan positieve emoties wordt gaandeweg aangebracht. De beide vrienden kennen samenhorigheid, affectie, vlijt, huiselijke geborgenheid. Met de komst van de wulpse kattin doen onzekerheid en angst hun intrede. Een ander motief wordt gevormd door nadrukkelijk een aantal fysieke genoegens te behandelen. Lekker eten, genoeglijke warmte, leuke plekjes of lichaamsverzorging ... het zorgt allemaal voor heel wat leuke details en anekdotes. De tekst en de illustraties werken wonderwel samen. Het beeld is steeds meer dan de letterlijke uitbeelding van wat we lezen. Het levert ons nieuwe en aanvullende informatie op en doet het ons beter, intenser lezen. En ook de grafische vormgeving van het boek draagt zijn steentje bij. Gevarieerde bladspiegels, aflopende beeldpagina’s, leestekst met kleinere illustraties, witte bladzijden en gekleurde achtergronden ... het lijkt allemaal moeiteloos in elkaar te passen. De illustraties zijn wel erg knap en tonen mooie vormelijkheid, plastische rijkdom en speelse interpretatie. Ze treffen schijnbaar moeiteloos de juiste sfeer: het sfumato van een invallende avond, het avontuur van de nacht, de rust van een veilige thuis, het enge van gevaar. Het verhaal is vakkundig uitgeschreven. De taal is helder, toegankelijk en op maat van een jonge, beginnende lezer. Even rijst het vermoeden dat al die leuke woordspelletjes, rake verwijzingen en accurate toespelingen samen voor een beginneling misschien wat veel worden, maar al even vlug worden we er al weer door gecharmeerd. ‘Vrienden’ is zeldzaam compleet. Het is werkje om te koesteren en te herlezen.