Groot van Liefde
Op een nacht stormt het heel hard. Uil huilt en vliegt tegen de wind in. Maan zit op de grootste tak van de boom. Uil klaagt: één is maar alleen. Maar Maan antwoordt: soms is één het begin van twee. Uil begrijpt er niet veel van en Maan moet het uitleggen: Maan houdt van Zon en omgekeerd. Ze kunnen elkaar nooit zien, want als de zon komt, verdwijnt de maan. Als de maan komt, verdwijnt de zon. Toch vindt Maan dat niet erg. Want binnenkort zullen dag en nacht samen vallen, voorspelt Maan. Uil trekt grote ogen: dat kan toch niet! Maar dan gebeurt het echt. Zon en maan staan samen aan de hemel. Net op het moment dat Maan Zon wilde kussen voelt Uil dat zijn vriend Leeuwerik bij hem staat. Hij voelt zich goed. Hij heeft eindelijk zijn vriend van wie hij zoveel houdt bij hem. Samen zwijgen ze. Samen voelen ze zich groter dan ooit. En sterk. ‘Groot van liefde’ is het derde deel in de trilogie. Eerder verschenen ‘Uil plus Leeuwerik’ en ‘Zwaan’. Ianka Fleerackers heeft een zeer eigen, speciale stijl. Haar boekjes zijn poëtisch en ze maakt gebruik van sfeervolle beeldspraak, bijvoorbeeld: "zijn woorden jubelden naar buiten". Met weinig woorden, een portie symboliek en wat filosofie werd dit boekje een mooie afsluiter voor de trilogie rond Uil. De illustraties zijn, zoals in de andere boeken, van Sebastiaan van Doninck. Illustraties en verhaal vullen elkaar knap aan en brengen heel wat sfeer.