Toen Ludo de wereld opat
Martha en Ludo zijn een koppel. Hoewel ze goed bij elkaar passen zijn ze toch heel verschillend. Martha is zo klein dat ze zich kan verstoppen onder het blad van een boom. Ludo is een reus. Hij steekt boven de hoogste boom uit. Ze zien elkaar heel graag en zijn heel blij met elkaar. Maar op een dag vergeet Ludo zijn Martha. Hij hoort alleen nog maar het grommen van zijn maag. Hij heeft altijd honger. Hij eet elke dag meer en meer. Hij is voortdurend op zoek naar eten. Alle winkels worden leeggehaald. Ludo eet alles wat hij tegenkomt op: dieren, bomen, huizen. Martha is heel verdrietig. Haar lieve, zachte Ludo is een monsterlijke vreetmachine geworden. Op een dag is de hele wereld op. Er is alleen nog de horizon. Ludo is uitgeput en verdrietig. Al vlug valt hij in slaap. Maar zelfs in zijn droom graait hij in het rond naar alles wat eetbaar is. Als hij wakker wordt, is Martha verdwenen. Ludo panikeert. Zijn hart breekt. Hij is bang dat hij Martha heeft opgegeten … Maar Martha zit veilig in het oor van Ludo. Ze vertelt hem verhalen. Die gaan over de wereld, het ruisen van de zee, het geroddel van de mensen … Ludo geniet en krijgt honger naar meer verhalen. Door naar de verhalen te luisteren hoort Ludo zijn maag niet meer. Maar hij heeft heel wat goed te maken. Hij gaat dadelijk aan de slag om de wereld weer leefbaar te maken. Martha die blijft in zijn oor wonen en zegt af en toe dat ze Ludo heel graag ziet. Dan vult Ludo’s lijf zich met warmte en geluk. Dit prentenboek draait rond honger, voldoen aan eigen behoeftes en rekening houden met anderen. Het is fantasievol geschreven. De illustraties zijn kleurrijk en roepen een bepaalde sfeer op. Ze worden afgewisseld met kleinere zwart-wittekeningetjes. Voor de aandachtige kijker zitten er leuke details in. Het verhaal mist wat kracht en dynamiek. Het maakt weinig indruk.