Tom Schoonooghe

Nu de pandemie al onze agenda's omvormt tot landschappen van doorgestreepte afspraken, zagen we de kans schoon om Tom Schoonooghe even te strikken. Virtueel dan. Vele activiteiten van de jeugdboekenmaand zijn wel stilgevallen, maar goed nieuws: lezen, voorlezen en genieten van illustraties of zelf tekenen, daar is nu erg veel tijd voor én kan je gewoon thuis! Tom Schoonooghe nodigt jullie als peter van de jeugdboekenmaand uit om vooral met hem mee te tekenen!  Kijk ook eens hier: https://vimeo.com/389692556. Je kan meedoen met de wedstrijd, maar natuurlijk ook een kunstwerkje maken voor je oma of opa die je nu niet kan bezoeken! Want boeken lezen en erover tekenen kan je overal! 

Onze Pluizer-recensenten hadden de kans je pas nog aan het werk te zien op onze Pluizerdag. Je gaf hen de belangrijke boodschap mee ‘Do what you can’t’! Kan je dat ook even toelichten aan onze lezers?
Tom: Dit zinnetje helpt me door twijfels en onzekerheden heen, bijvoorbeeld als ik vast zit met een nieuw verhaal, een nieuwe techniek, benadering van een tekst… Het is een levensles: bewandel niet altijd de platgetreden paden, maar zet jezelf al eens op het verkeerde been.

We zien bij jouw boodschappen tijdens deze jeugdboekenmaand steeds '#iedereen kijkt'. Hoezo?
Tom: Het accent ligt vaak op lezen, maar het doe-woord ‘kijken’ is evenzeer van belang. Kijken doen we net zo goed in boeken: prentenboeken, atlassen, lettertypen, foto’s, typografie, … Ik leg hier graag het accent op! Illustratoren, zoals ik, zijn meesters in het anders bekijken van de tekst die ze voorgeschoteld krijgen. Ze kijken anders naar de wereld en leggen zo een extra laag of lagen in een tekening. Ze spelen met standpunten, interpretaties, extra elementen die niet in de tekst staan voegen ze toe, kortom, ze zorgen voor extra input in een boek, geven een bonus aan het verhaal.

Wat maakt voor een illustrator het samenwerken met auteurs zo leuk?
Tom: Dat je samen iets moois maakt. Vergelijk het met een filmset, waar de cameraman, de acteur, de schminker, de lichtmachinist samen zorgen voor een mooi esthetisch eindproduct. Die samenwerking is intens en vraagt vaak om intense gesprekken die vaak heel verrijkend zijn voor je eigen métier.

Krijgt kinder- en jeugdliteratuur genoeg aandacht in Vlaanderen?: 
Helemaal niet! Nu wel, tijdens deze jeugdboekenmaand, omdat ik samen met Sien hard heb getromd om ‘het boek’ aandacht te geven. Het ging niet om ons, maar om prenten en verhalen. Die zijn zo uniek in België (dus ook Wallonië) dat ik niet begrijp dat ze zo weinig nieuwswaarde hebben als de jeugdboekenmaand over is. Je zou met al dat oeuvre musea kunnen vullen, kranten kunnen voldrukken en dus massa's mensen kunnen blij maken.
Sta je er bewust bij stil dat tekeningen of verhalen de blik van een kind kunnen verruimen?: 
Zeker, alle facetten van een goed kinderboek kunnen dat: 'boeken brengen mensen in vervoering, je kan er lekker in wegvluchten, je voelt je er geborgen door, minder eenzaam en verdrietig, getroost. Een boek geeft ook onderdak en doet je stilstaan bij dingen waar je het besef niet van had. Tekst die bij een prent staat, ga je anders lezen. En nog veel meer….
Heb je bewust gekozen om voor kinderen te schrijven of tekenen of is dat eerder toevallig zo gekomen?: 
Als je tekent voor kinderen mag het allemaal wat experimenteler, surreëler en expressiever zijn. Kinderen kunnen dat aan, stellen zich geen vragen en duiken als vanzelf in een verhaal. Zalig.
Bekijk je je eigen werk vaak en kun je daar van genieten of zie je alleen wat beter kan?: 
Zelden bekijk ik mijn eigen werk nadat het af is. Tot en met de drukproeven kijk je er zo vaak naar, dat je oververzadigd raakt. Het gebeurt dat mensen me wijzen op een prent uit een boek. Dan kijk ik nog wel even en besef soms dan pas waarom die prent werkt.
Hoe zou je je eigen werk omschrijven? Wat is het meest kenmerkend voor jouw stijl?: 
Hmmm... ik hoor vaak dat 'mijn stijl' niks pretendeert, toegankelijk is, beweeglijk en quasi makkelijk begrijpbaar.
Wat wil je in de toekomst zeker nog doen of maken?: 
Ik wil blijven boeken maken, maar dan steeds beter dan de vorige! Do what you can't!
Werk je met een vaste structuur of laat je je leiden door inspiratie?: 
Ik werk systeemloos. Elke werkwijze, elke illustratieopdracht pak ik anders aan. Ik ben tegen methoden, voor mezelf dan. Anders loopt het fout.
Niets lukt wat je ook probeert...wat doe je met zo’n verloren dag?: 
De tijd die ik nu heb is duur betaald. Ik geef nog les en heb een gezin te runnen. Tijd om voor de zoveelste keer je boekenkast te herschikken heb je niet. Het is daarom erg frustrerend om zo’n dag of periode te hebben waarin niks lukt. Toch heeft het zin om te mislukken en realiseer je je (met ouder worden) dat het een soort rijpingsproces is waar je door moet. In communicatie gaan met jezelf en je partner en auteur doen wonderen.
Laat je je voor het creëren inspireren door andere bronnen (muziek, boeken, internet, kunst, tijdschriften..): 
Mijn atelier is één grote omgeving van prenten, tassen, kaartjes, posters, prulletjes, die refereren naar mezelf en mijn passies. Alles ademt prentjes, figuurtjes, afbeeldingen … ik kan niet zonder. Dat soort omgevingsdecor inspireert mee onrechtstreeks. Het doet me extra ademen, harder werken, me goed voelen en bovenal: vrij.
Welk boek uit je kindertijd heeft het meeste indruk gemaakt?: 
Tinny, Kuifje en Nijntje waren mijn grote, duidelijke startblokken waardoor ik enorm verwonderd geraakte. Maar bovenaan staat ‘Dokter Doenipijn’ van illustrator Soetejev, een boekje van 1978. Prachtig geïllustreerd.
Wat is jouw favoriete voorleesboek?: 
Roald Dahl werkt altijd vind ik. Maar de vele prentenboeken waar ik van hou ga ik hier niet opsommen. En er komen er steeds bij, dat is het rustgevende.
Welk boek las je onlangs?: 
‘Het verborgen leven van bomen’ van Peter Wohlleben. Heerlijke non-fictie.